Koninklijke Vereniging van Belgische Molenaars: voortaan lid van Fevia

De Belgische sector van molenaars is een technologische en innovatieve sector. Onlangs sloot de KVBM ( Koninklijke Vereniging van Belgische Molenaars ) zich aan bij Fevia. Daarmee richten ze de blik nog meer op de toekomst, zeker op vlak van energie, duurzaamheid, veiligheid en sociale organisatie. Ondanks de uitdagingen blijft KVBM haar missie met passie uitvoeren: de gezondheid van de consument voeden.

Onlangs heeft de Koninklijke Vereniging van Belgische Molenaars (KVBM) zich aangesloten bij de andere 26 sectoren die lid zijn van Fevia. Voor Fevia was dit een gelegenheid om met voorzitter Guy De Mol en secretaris-generaal Petty De Sloovere te praten over duurzaamheid en de toekomst van de maalsector. En omdat goed meel essentieel is om goed brood te maken, vroeg Fevia de voorzitter van de Vlaamse bakkers, Eddy Van Damme naar zijn visie op de molenaar.

De Koninklijke Vereniging van Belgische Molenaars (KVBM), opgericht in 1913, groepeert tien grote en kleine, voornamelijk familiale molens. Samen zijn ze goed voor bijna 85% van het in ons land geproduceerde meel. Elk jaar verlaat ongeveer 1,2 miljoen ton tarwemeel onze molens, bijna volledig bestemd voor de Belgische bakkers.

Wat maakt de Belgische Molenaars zo uniek?

Voorzitter Guy De Mol: “Samen met de grote Europese molens zijn we een wereldreferentie op het vlak van kwaliteit. We staan al tientallen jaren bekend om onze expertise en ons professionalisme. Dankzij deze twee troeven kunnen we onze klanten een kwaliteitsmeel aanbieden dat voldoet aan de hygiënerichtlijnen en waarvan de kwaliteit constant blijft in de tijd. Bovendien zijn we als logistiek knooppunt al lang exportgericht en blijven we efficiënte transportdiensten aanbieden tegen concurrerende prijzen.”

Uitdagingen, crisissen en kansen

De maalderij-industrie is, net als veel andere sectoren, de afgelopen jaren geconfronteerd met uitdagingen, waaronder de COVID-19-pandemie en de gevolgen van de klimaatverandering voor gewassen. De sector heeft echter blijk gegeven van veerkracht en heeft zich door innovatie en deskundigheid aan nieuwe uitdagingen aangepast.

Eén oplossing om de toekomst van de maalderij-industrie veilig te stellen, is blijven investeren in innovatie en onderzoek. Dit omvat de ontwikkeling van nieuwe technologieën voor efficiëntere en duurzamere productiemethoden en onderzoek naar alternatieve ingrediënten voor meel, zoals bonenmeel. Daarnaast kan het onderhouden van sterke relaties tussen de molenaars en de bakkerijsector en het delen van kennis en expertise leiden tot wederzijdse voordelen en groei voor beide sectoren.

Duurzaamheid

Een andere oplossing is prioriteit geven aan duurzaamheid en milieuverantwoordelijkheid in de industrie. Dit kan inhouden dat het energieverbruik en de koolstofuitstoot worden verminderd, afval wordt geminimaliseerd en duurzame landbouwpraktijken worden bevorderd. Door voorrang te geven aan duurzaamheid kan de maalderij-industrie bijdragen tot een duurzamer voedselsysteem en helpen om mondiale problemen zoals klimaatverandering en voedselonzekerheid aan te pakken.

In het algemeen staan de molenaars in België en de rest van de wereld voor uitdagingen, maar met innovatie, deskundigheid en een streven naar duurzaamheid kan zij meel van hoge kwaliteit blijven leveren aan bakkers en bijdragen tot een gezond en duurzaam voedselsysteem.

Huidige situatie in de maalderij-industrie

Secretaris-generaal Petty De Sloovere uitte tegenover Fevia haar bezorgdheid over de uitdagingen waarmee de Belgische maalindustrie wordt geconfronteerd als gevolg van de impact van Covid-19 en de oorlog in Oekraïne. De hogere energiekosten en minder makkelijke toegang tot de grondstoffen waren de belangrijkste, negatieve gevolgen van die crisissen. Deze uitdagingen kunnen ertoe leiden dat een omvangrijk deel van de economie en de knowhow verdwijnt, zodat de industrie moet worden gesteund (door de overheid) om te innoveren en de kosten te verlagen. Petty heeft ook gewezen op de moeilijkheden die de bakkerijsector ondervindt bij het aantrekken van jong talent als gevolg van zorgen over het evenwicht tussen werk en privéleven.

Om zich op de toekomst voor te bereiden en de uitdagingen van de sector aan te pakken, stelt Petty voor dat de Koninklijke Vereniging van Belgische Maalderijen (KVBM) samenwerkt met andere spelers uit de sector en gebruik maakt van hun lidmaatschap van Fevia om toegang te krijgen tot de expertise en knowhow van de federatie op verschillende gebieden zoals energie, veiligheid en sociale wetgeving. Petty suggereert ook dat KVBM een rol kan spelen bij de vertaling en implementatie van de Green Deal en nauw kan samenwerken met de bakkerijsector.

Voorzitter Guy De Mol benadrukt dat de KVBM zijn stem moet laten gelden bij het aanpakken van de uitdagingen van de sector en het grijpen van toekomstige kansen, terwijl de communicatie met andere maalderijverenigingen open blijft.

Wat de toekomst van de maalderijsector betreft, is het essentieel om rekening te houden met duurzaamheid en groene praktijken toe te passen om tegemoet te komen aan de veranderende voorkeuren van de consument en te voldoen aan de milieuvoorschriften. Daarom is het waarschijnlijk dat de toekomst van de industrie gericht zal zijn op duurzame praktijken, die aanzienlijke investeringen en innovatie zullen vergen.

Bakkers en hun consumenten

Guy lijkt van mening te zijn dat de consumenten ook een rol spelen in de overgang naar duurzame landbouw. Door samen te werken met bakkerijklanten, kunnen ze de consumenten een andere kijk bieden op de bakkerij en hen bewuster maken van de voordelen van duurzaam geproduceerd brood en graanproducten. Het is belangrijk dat de consumenten zich bewust worden van de voordelen van duurzame landbouw, en dat ze bereid zijn om lokale producten te kopen, ook al zijn die duurder dan geïmporteerde producten. Als meer consumenten voor lokale en duurzame producten kiezen, kan dit bijdragen aan het vergroten van de vraag en de productie van lokaal geteelde tarwe en andere gewassen.

Lokale productie?

Zowel Guy De Mol als Eddy Van Damme zijn van mening dat consumenten een belangrijke rol spelen in het stimuleren van de productie en consumptie van duurzaam geproduceerd brood en graanproducten. Hoewel 100% lokale productie van broodtarwe momenteel niet haalbaar lijkt, kan het aandeel van lokaal geteelde tarwe wel toenemen door bewuste keuzes van zowel producenten als consumenten. Door de consumenten goed te informeren over de echte waarde van goed brood en goede bloem of meel, en hen bewust te maken van de voordelen van duurzaam geproduceerde producten, kunnen zij de motor van verandering zijn en bijdragen aan een duurzamere landbouw en voedselketen.

Geef als eerste een reactie

Geef een reactie

Uw e-mailadres wordt niet gepubliceerd.


*