
Hoe gaan we samen verder op weg naar een verbeterde productsamenstelling in 2030? Deze vraag stond centraal tijdens de bijeenkomst over de Nationale Aanpak Productverbetering (NAPV) op 21 september jl. Hierover gingen een dertigtal branchevertegenwoordigers en voedingsbedrijven in gesprek met het Nederlands ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS). Daarbij werd ook gebruik gemaakt van de resultaten uit de kwalitatieve pilot-tussenevaluatie over herformulering van voedingsmiddelen in Nederland, uitgevoerd door Wageningen University and Research (WUR). De middag leverde een aantal concrete aandachtspunten op voor vervolgstappen.
Sander Baljé, MT-lid bij de directie Voeding, Gezondheidsbescherming en Preventie van het ministerie van VWS (het ministerie van Volksgezondheid): “We zijn nu 1,5 jaar verder sinds de publicatie van de NAPV-criteria en we zien goede initiatieven. Ook heeft het RIVM de NAPV-grenswaarden waar mogelijk in lijn gebracht met afkapwaarden van Nutri-Score, wat een enorme meerwaarde is.” Baljé refereert aan de eerste NAPV-monitoring die in 2025 door het RIVM (Rijksinstituut voor volkgsgezondheid en milieu) wordt opgeleverd. Die monitor zal onder andere laten zien hoe de voortgang is op het gebied van verbetering in samenstelling.
Factoren die het moeilijk maken
“Tegelijkertijd begrijpen wij heel goed dat er nog belemmerende factoren zijn, maar branches en/of fabrikanten zijn nu aan zet om afspraken te maken en met elkaar stappen te zetten.’’ Daarnaast vertelt Baljé dat de Tweede Kamer hen de opdracht heeft gegeven om wetgeving voor te bereiden. Hier moet wel noodzaak voor zijn en idealiter leidt de NAPV tot productverbetering. Daarom is hij benieuwd wat de aanwezigen nodig hebben van het ministerie van Volksgezondheid om verdere stappen te zetten.
Tussentijdse pilot-evaluatie In opdracht van het ministerie van Volksgezondheid heeft de WUR een kwalitatieve pilot-tussenevaluatie van herformulering van voedingsmiddelen in Nederland uitgevoerd. Maartje Poelman, Universitair Hoofddocent van de leerstoelgroep Consumptie en Gezonde Leefstijl van de Wageningen Universiteit vertelt dat ze gesproken hebben met 12 fabrikanten, supermarkten en brancheorganisaties.
Mogelijkheden voor Communicatie
Uit de interviews blijkt dat deze partijen bezig zijn met herformulering, maar dat de NAPV momenteel geen leidende rol speelt in deze inspanningen. De NAPV helpt echter om structuur te brengen in het herformuleringsproces, in actie te komen, maatschappelijke verantwoordelijkheid te nemen en samen te werken.
Op de vraag welke factoren herformulering stimuleren, werd het meest genoemd het zichtbaar kunnen maken van verbeteringen (bijvoorbeeld via Nutri-Score- (zie in dat verband ook aanpassingen grenswaarden op site RIVM).(
Portiegrootte
Na de presentatie door WUR gingen de aanwezigen met elkaar in gesprek over verbeterpunten in de aanpak. Sommige branchevertegenwoordigers benadrukten ook de noodzaak om afspraken te maken over portiegroottes. Sommige branches lopen namelijk tegen technische beperkingen aan om suiker, zout en/of verzadigd vet uit hun producten te halen. Afspraken over de grootte van bijvoorbeeld individueel verpakte koekjes kunnen echter stimuleren om de calorieën uit de markt te halen, zodat mensen minder energie binnenkrijgen. Maartje Poelman merkt op dat het verkleinen van portiegroottes in bepaalde vormen ook internationaal erkend wordt als een effectieve maatregel en parallel aan herformulering kan worden toegepast. Het ministerie van Volksgezondheid geeft aan bereid te zijn om hierover na te denken met de sector, maar suggereert dat het misschien moeilijk kan zijn om dit binnen de NAPV op te nemen. De kern van de NAPV blijft het stapsgewijs verbeteren van producten in samenstelling.
RIVM-monitoring
Ook de breedte van de NAPV-monitor wordt veelvuldig genoemd als aandachtspunt. Een van de aanwezigen noemt de toelichting bij de uitkomsten van de monitor “het kernpunt van het hele verhaal.” Poelman adviseert om naast de kwantitatieve monitoring door RIVM aanvullende kwalitatieve evaluaties uit te voeren om deze toelichting te verkrijgen. Het ministerie van Volksgezondheid geeft aan zich in te zetten voor een effectieve opzet van NAPV-monitoring. Er is nog steeds discussie over het al dan niet opnemen van marktgegevens (volumes) in de monitor. Het maakt namelijk een groot verschil voor de volksgezondheid of een multinational suiker vermindert of een kleine fabrikant. RIVM geeft aan dat dit in principe wordt meegenomen, maar alleen op het niveau van productgroepen.
Vervolgstappen voor NAPV
Tijdens het tweede deel van de bijeenkomst kwamen de centrale vragen aan bod: hoe kunnen we de kennis en bewustwording rondom NAPV vergroten en hoe kunnen we dit gezamenlijk realiseren?
Level Playing Field
Het ministerie van Volksgezondheid meldt dat ze de afgelopen 1,5 jaar binnen NAPV vooral hebben gefocust op het verstrekken van informatie, het beantwoorden van vragen en het bieden van richtlijnen. De brancheorganisaties hebben ook een rol gespeeld in het informeren van hun leden. Op de vraag wie nog meer een rol kan spelen, wijst een van de aanwezigen naar supermarkten als potentiële aanjagers van productverbetering door producenten. Een vertegenwoordiger van de retail is het daarmee eens en geeft aan dat dit op de agenda staat. RIVM heeft hiervoor een format aangeleverd waarin onder andere staat welke productgroepen de meeste impact hebben op de volksgezondheid. “Maar we willen het niet alleen doen, anders schieten we onszelf in de voet.”
Het onderwerp level playing field komt aan bod. Volgens alle aanwezigen is dit erg belangrijk, omdat herformulering alleen werkt als iedereen gezamenlijk stappen onderneemt, van producent en cateraar tot supermarkt en de out-of-home sector. Anders zal er geen verandering in de monitor te zien zijn.
Regierol
De vraag is hoe hier invulling aan te geven. Verschillende branches geven aan dat ze graag zien dat het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) op dit vlak een regierol op zich neemt en zichtbare steun biedt wanneer partijen samenkomen om afspraken te maken. Een van de branches vertelt dat dit enorm zou helpen om steun te krijgen bij hun achterban. VWS bevestigt hun bereidheid om hieraan bij te dragen. Daarnaast is er een sterke behoefte aan een tijdschema, een soort implementatieagenda, vooral voor partijen die betrokken zijn bij alle productgroepen. En uiteraard om iedereen mee te nemen.
Meer Succesverhalen
Foodvalley is een transitieorganisatie met een netwerk van 600 partijen in Nederland. Ze hebben subsidie ontvangen van VWS om de komende jaren een ‘Healthier Food Community’ op te zetten. De afgelopen 5 maanden heeft Foodvalley via 80 interviews knelpunten geanalyseerd die individuele organisaties niet zelf kunnen oplossen, maar die moeten worden opgelost om meer gezondere producten te krijgen. In november volgt een publicatie hierover en in januari gaat de community van start. Vanuit deze ‘Healthier Food Community’ zullen coalities in kleinere groepen praktische initiatieven starten om de gezonde keuze de makkelijke keuze te maken.
Elke Stap Telt
En nu, hoe gaan we verder met deze groep? Sander Baljé geeft aan graag de komende jaren ook in deze samenstelling terug te willen komen. Hij bevestigt nogmaals de intentie om nauwkeurig naar verkoopvolumes en portiegroottes te kijken, evenals de rol van het ministerie van Volksgezondheid wanneer branches per productgroep concrete afspraken willen maken. “We gaan door met de NAPV en blijven samen bespreken waar verbeterpunten mogelijk zijn.”
* In 2022 is de Nationale Aanpak Productverbetering (NAPV (Nationale Aanpak Productverbetering )) gestart. Hiermee moedigt het VWS (Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport) fabrikanten extra aan om de samenstelling van hun voedingsmiddelen te verbeteren.Het RIVM (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu) ontwikkelde samen met het Voedingscentrum en de HAS Hogeschool criteria om die verbeteringen stap voor stap te realiseren.
Geef als eerste een reactie