
Een studie van Sciensano bekeek het engagement en de praktijken van de grootste Belgische voedingsbedrijven op het gebied van voeding, gezondheid en preventie van zwaarlijvigheid. “Er zijn tal van punten waarop de levensmiddelenbedrijven hun acties kunnen verbeteren,” zegt Sciensano-onderzoeker Stefanie Vandevijvere.”We denken aan een bredere toepassing van de Nutri-Score, het opstellen van concrete doelstellingen om de gehaltes zout, suiker, verzadigd vet en energie binnen het volledige gamma producten te verminderen en het afschaffen van reclamevoering met een sterkte aantrekkingskracht op kinderen, waarbij vaak ongezonde voeding wordt gepromoot.
Een ongezonde voedingsomgeving is een omgeving waarin de omstandigheden (economisch, fysiek en politiek) de keuze voor ongezonde in plaats van gezonde voedingsmiddelen en dranken vergemakkelijken, aldus Sciensano. “Obesitas en voedingsgerelateerde chronische ziekten zijn een van de grootste gezondheidsproblemen in België en worden onder meer veroorzaakt door een ongezonde voedingsomgeving”.
31 bedrijven én retailers: hoe betrokken zijn ze bij het gezondheidsaspect?
Sciensano onderzocht vervolgens de scores van de 31 grootste voedingsbedrijven (voedingsbedrijven, fastfoodzaken en retailers) van België op dit gebied. Er werd gebruik gemaakt van de “BIA Obesitas Methode”, die de inzet en praktijken van bedrijven op zes prestatiegebieden beoordeelt: voedingsstrategie, productformulering, productetikettering, product- en merkpromotie, toegankelijkheid van producten en relaties met andere organisaties. De 31 ondervraagde bedrijven waren fabrikanten van verpakte levensmiddelen en dranken, fastfoodzaken en supermarkten.
De studie laat toe om te zien op welke punten bedrijven goed scoren in hun bijdrage aan een gezondere voedingsomgeving, waar het beter kan en hoe ze presteren in vergelijking met hun sectorgenoten.
De algemene score voor betrokkenheid varieerde van 2% tot 75% en liep sterk uiteen. Uit de enquête bleek dat de meeste bedrijven een voedingsstrategie hadden ontwikkeld. Sommige bedrijven hadden toegezegd de Nutri-Score op hun producten te vermelden of de hoeveelheid zout, suiker en verzadigde vetten in bepaalde productcategorieën te verminderen.
Vrijwillige verbintenissen werken niet
Een belangrijk punt is volgens Sciensano echter dat de huidige vrijwillige verbintenissen om de marketing voor kinderen te beperken niet doeltreffend zijn. “Levensmiddelenbedrijven beloven zich niet rechtstreeks tot kinderen te richten, maar dit verhindert niet dat grote aantallen kinderen aan ongezonde voedingsreclame worden blootgesteld,” zegt hij. “Levensmiddelenbedrijven moeten hun beleid en acties op dit gebied versterken,” zegt Sciensano-onderzoeker Stefanie Vandevijvere.
Bij de supermarkten hadden bijna vier op de tien producten uit het Aldi-, Carrefour-, Colruyt-, Delhaize- en Lidl-assortiment een slechte voedingswaardebeoordeling (D of E). De resultaten voor fastfoodrestaurants McDonald’s, Panos, Paul en Quick waren nog slechter: meer dan 41% van hun producten had een voedingswaarde D of E.
Marketing moet beter
“De resultaten van de BIA-Obesitas tonen aan dat de Belgische voedingsbedrijven nog veel ruimte voor verbetering hebben, vooral als het gaat om het terugdringen van de promotie van ongezonde voeding bij kinderen en het toegankelijker maken van gezonde producten”, aldus Vandevijvere.
Elk bestudeerd bedrijf kreeg aanbevelingen op maat van het onderzoeksteam. “Het gaat onder meer om een bredere toepassing van de Nutri-Score, de vaststelling van specifieke doelstellingen voor de vermindering van het zout-, suiker-, verzadigd vet- en energiegehalte in het hele productassortiment, en de afschaffing van reclametechnieken die kinderen sterk aanspreken en ongezonde voedingsmiddelen promoten”, besluit Vandevijvere.
Praktijken van de Belgische voedingsbedrijvenDe onderzoekers keken niet enkel naar de engagementen van de voedingsbedrijven, maar ook naar hun bedrijfspraktijken op het vlak van productformulering, productetikettering en product- en merkpromotie.
Fabrikanten van verpakte voeding en niet-alcoholische dranken:
- Van de 18 geselecteerde fabrikanten waren er in 2018 slechts 2 waarbij meer dan de helft van de producten in hun portfolio een Nutri-Score A had. Bij 5 bedrijven bestond meer dan de helft van hun gamma uit producten met Nutri-Score E.
- 3 van de 18 fabrikanten hadden een productportfolio dat volledig uit ultrabewerkte voedingsmiddelen bestaat.
- 5 van de 18 fabrikanten hadden in hun portfolio uitsluitend producten die volgens de richtlijnen van de Wereldgezondheidsorganisatie niet geadverteerd mogen worden naar kinderen.
- Eind 2019 stond op 34% van de producten van Iglo en Danone de Nutri-Score vermeld. Beide bedrijven presteerden daarmee het best voor deze indicator.
Supermarkten:
- In de portfolio’s van Aldi, Carrefour, Colruyt, Delhaize en Lidl was het percentage producten met Nutri-Score D of E tussen 39% en 55% in 2018.
- Delhaize vermeldde eind 2019 de Nutri-Score op de voorkant van 30% van haar producten, en scoorde daarmee het best voor deze indicator.
- Van de 5 geselecteerde supermarkten, promootte Aldi het vaakst vers fruit en verse groenten in haar flyer en Colruyt het minst.
Snelbedieningsrestaurants:
- Tussen de 41% en de 48% van de producten in de portfolio’s van McDonald’s, Panos, Paul en Quick hadden een Nutri-Score D of E in 2020. Voor de producten van Domino’s Pizza was dit slechts 13%.
- Minder dan 50% van het productportfolio van deze snelbedieningsrestaurants mag geadverteerd worden naar kinderen volgens de richtlijnen van de Wereldgezondheidsorganisatie. Voor 3 snelbedieningsrestaurants was dit minder dan 10%.
- 4 snelbedieningsrestaurants hadden in 2020 meer dan 50% van hun verkooppunten in Vlaanderen op minder dan 500m afstand van een basisschool.
Lees het volledige verslag (in het Engels) of bekijk de samenvatting in het Nederlands of Frans.
Engels verslag
Bron: VILT
Fijn artikel!
Ik leef al jaren gezond, eet gezond, sport elke dag en neem netjes mijn supplementen van https://www.flinndal.nl in. Ik denk dat de marketing voor de juiste supplementen ook erg belangrijk is. Want hoe weet je nou wat je elke dag tekort komt en wat je moet nemen?